Terug naar de hoofdpagina

Tijdelijk: site in aanbouw!

Voor de zeer zeer geinteresseerden...

Het is inmiddels alweer eind 2012. Ik ben alweer 2 jaar "met pensioen", heb zat vrije tijd en links en rechts zit ik dan toch vaak te spitten. Het zal wel "vakgekte" zijn, want ik begin me steeds vaker af te vragen: "Waar heb ik nou eigenlijk mee gewerkt?" en dan bedoel ik de spullen waar ik ooit probeerde mijn werk mee te doen. Wat voor zenders, ontvangers enz. stonden er nou toch ook weer op al die bootjes? Dan blijkt al rap dat je geheugen je ook zo af en toe in de steek laat. Maar dankzij Internet is tegenwoordig errug veel te achterhalen.

Aangezien deze site natuurlijk ook gelezen wordt door mede oud sparksen die daar mogelijk ook interesse in hebben, besloot ik toch maar zo goed mogelijk een overzicht te geven van de stations waar ik op gewerkt heb met hun apparatuur. De ongeinteresseerde kan hier dus al heel snel afhaken...

Bedenk ook even dat ik gevaren heb in de periode 1968-1978. Er veranderde veel toen. Nadat ik gestopt was met het werk als sparks veranderde er nog veel meer, maar dat is natuurlijk intussen al lang duidelijk.

Het eerste schip was zoals reeds elders gemeld, de Gaasterdyk. Gebouwd in 1960 en door RH van een "standaard radiostation" voorzien. In die tijd was dat vaak een SRA MT250 hoofdzender, een Philips BX925 hoofdontvanger, een Renovas reserve/noodzender (volgens PDRH-Oud Roest zou het een 71A10 zijn geweest, maar dat moet volgens mij de Disa Marinetta lifeboatzender zijn geweest), een RCA BC348 reserveontvanger en een Redifon AL27 AAT. Oh ja, en de onvermijdelijke Erika typemachine.

Die SRA zender (Svenska Radio Aktiebolaget) produceerde 250W maximaal uitgangsvermogen op de Middengolf en Kortegolf, in de zg. MG-telefonieband was het 100W beneden 3 MHz en 250W daarboven, uiteraard ouderwetse dubbelzijband. De Renovas was een noodzender ik dacht ontwerp RH, draaide uiteraard op de 24V noodbatterijen via een omvormer en produceerde meen ik 80W op de MG telegrafie. Officiele typeaanduiding was ZR5558. Ik zoek uiteraard nog een fatsoenlijke foto. Dankzij een "geleend exemplaar" van de site van PDRH een redelijke foto van het gevaarte:

De Philips BX925 was een ontvanger die tot 32 MHz in de KG ging en was niet specifiek ingericht om SSB telefonie mee te ontvangen, maar het kon wel. Het was een dijk van een ding. Als je 'm aanzette had ie ongeveer een uur nodig om echt stabiel te worden, reden waarom ik al snel mezelf aanleerde het ding gewoon "aan te hebben staan" in plaats van elke wacht aan het begin aanzetten en aan het eind van de wacht (doorgaans 2 uur later) weet uit. Er zat ook een standby schakelaar op, zodat de hoogspanning eraf ging maar de gloeispanning bleef doordraaien waardoor ie mooi op temperatuur bleef. Qua selektiviteit en uiteindelijk ook stabiliteit heb ik het altijd een produkt zonder zijns gelijke gevonden. Dan reken ik digitale ontvangers natuurlijk niet meer mee. Maar met de BX kon je door alle schakelmogelijkheden zo'n beetje elke storing dusdanig verminderen dat wat je eigenlijk horen wilde, nog fatsoenlijk te horen was.

De BC348 was weer een heel ander verhaal: dat was eigenlijk een oorlogsprodukt, werd ook ongeveer overal gebruikt, in de koopvaardij, bij de marine, in de luchtvaart, noem maar op. Het nadeel was dat de uiteindelijke selektiviteit wat minder was en hij kon in de KG maar tot 18 MHz. Maar als reserveontvanger was ie eigenlijk best wel prima.

Mijn tweede bootje, de Hathor was in 1952 gebouwd. Daar stond zo ongeveer hetzelfde spul op, alleen de hoofdzender was daar een TDE/BXA (ik noemde het dan ook de Trouble & Disaster Equipment) en het AAT een Marconi Seaguard. Die TDE was een loodzware bak die volgens mij met een kraan geinstalleerd moest worden. Ik meen dat ie op de MG telegrafie iets van 40W produceerde, in de MG telefonie ? en in de KG maximaal 100W. Ach, we voeren maximaal in de Middellandse Zee, daar heb je ook niet zoveel power nodig. Ook hiervan zoek ik nog een fatsoenlijke foto. Gevonden:

Bootje 3 was de Geertje Buisman, gebouwd in 1958. Weer zo'n standaard-station met een MT250, Renovas, BX925 en BC348. AAT onbekend.

Bootje 4 was de in 1954 in Zweden gebouwde Anco Spray. Standaard station, maar de hoofdontvanger was een Siemens E566, de regenboogontvanger. Voor wat betreft selektiviteit enzo kon ie niet tippen aan de Philips, maar je kon 'm d.m.v. calibratie wel op de kHz nauwkeurig afstemmen. Dat was natuurlijk wel heel leuk maar als je bv. van 8526 naar 8632 ging, had je 'm eerst op 8500 geijkt, dan de finetuning naar 26, vervolgens moest je 'm eerst weer op 8600 ijken en dan de schaal naar 32 draaien. Feitelijk behoorlijk omslachtig. De reserveontvanger was een R6600, AAT een Disa 71G01 (zegt me nu ff niks meer).

Overigens, de schrijfmachine was hier nog steeds de destijds in Zweden geleverde Åtvidaberg :-)

Bootje 5 was de in 1970 in Frankrijk gebouwde Ea. Het radiostation was door Hagenuk Kiel geinstalleerd. Geen RH standaardspullen dus. Dankzij http://www.seefunknetz.de kon ik een hoop spullen achterhalen, incl. foto's die ooit door Hagenuk Kiel in brochures zijn gebruikt. Hoofdzenders: een MS301 MG telegrafiezender, 400W. Een GS101 MG telefoniezender, 100W. Een KS301 KG telegrafie/telefoniezender, 300W en een UE12 lange-tot-kortegolfontvanger van 95 kHz tot 28 MHz. Ook weer geen specifiek SSB apparaat, eigenlijk net zo iets als de E566, met dezelfde features en tekortkomingen. Reserveontvanger E80, van 100-530 kHz en 630-4350 kHz. Niet specifiek voor de KG dus. Dan nog een MS85N reservezender van 80W voor de MG telegrafie en een AE1M AAT. Probleemloos spul, maar echt niet het nieuwste van het nieuwste en SSB kon je er niet mee telefoneren. Maar mijn opvolger, een Costaricaanse bananeneter kon er geen enkele verbinding mee maken...

 

GS101 MG telefoniezender

KS301 KG telegrafie/telefoniezender

MS301 MG telegrafiezender

AE1M AAT

MS85 reservezender

UE12 hoofdontvanger

E80 reserveontvanger

 

Bootje 6, de in 1958 gebouwde Straat Luzon had weer een RH standaard station. Alleen was inmiddels de oude TDE hoofdzender vervangen door een Disa Mermaid-II (71N04A) van 450W. Weliswaar geen SSB, maar wel een stukkie moderner. Uiteraard zoek ik nog een foto van het gevaarte, ook hier weer een geleend exemplaar van het station op de Straat Fremantle:

Tja, en toen (1973) ging ik de "offshore" in. Daar was het helemaal "nieuw" voor me. Nou ja, nieuw? De Chaparral, gebouwd in 1966 in The U S of A had eigenlijk helemaal niet echt een radiostation. Er stond een ouwe Apelco MG telefonieinstallatie, nog dubbelzijband en ik geloof iets van 100 of 150W ergens, maar er hing niet eens een antenne aan. Ook hadden ze op hun vorige lokatie met bakkies gewerkt, 27 Mc, via een 100W boostertje, maar dat was in Spanje geweest en in de Noordzee kon dat niet. Aangezien we voor de NAM en zusterorganisatie BEB gingen draaien, kregen we NAM-container I aan boord. Die was eerder door RH in elkaar gezet om snel van het ene platform naar het andere over te kunnen hevelen. Wij hadden het exemplaar met 2 Triton MG/KG telefoniezenders van 150W (?), uiteraard nog DSB, plus twee bijbehorende ontvangers. Goed genoeg voor het werk wat we er mee moesten doen. Dan stonden er twee Philips zenders in, die elk weer uit twee onafhankelijk van elkaar werkende zenders bestonden, 300W SSB voor a. de SITOR verbinding met Scheveningenradio (en die draaide 24 uur per dag) en b. eventueel een SSB telefonieverbinding op het speciaal voor de offshore opgerichte kanaal CP1. Ook stond er een grote kast, dat was de zg. scramblerinstallatie. Dan kon je met gerust hart de wal vertellen dat je wel/geen olie of gas had gevonden, dat konden de meeluisterende spionnen dan zonder goed geprogrammeerde decoder niet meer horen :-) Die scrambler heb ik trouwens nooit zelf gebruikt... die dateerde nog uit de tijd van de allereerste boringen die de NAM op de Noordzee deed. De SITOR was dus een telex-over-radio systeem, met printers T100 (daar moest je echt op rammen) waarmee je vertrouwelijke info heen en weer kon sturen. Verder had je een scheepvaart VHF en een luchtvaart VHF (fabrikaat Pye) om met helikopters te kunnen communiceren. Tot slot hadden ze een voorziening aangebracht om de uitgang van datarecorders aan de zenders toe te kunnen voeren. Die datarecorders bevatten dan meetgegevens van het boorgat. Dat kon goed een uitzending van een uur zijn, na afloop gaf Scheveningenradio het aantal minuten op en de volgende dag vertelde het hoofdkantoor van de betreffende firma in Parijs dat ze er niks van hadden kunnen maken omdat de Katwijk 13 weer eens dwars door de uitzending heen Scheveningen had aangeroepen... Ach, geld speelde daar helemaal geen rol.

RH SK7141B schakelpaneel

In 1976 had inmiddels de BEB zelf ook een 20 voets container laten bouwen door de DEBEG. Daar hadden we de beschikking over drie stuks Telefunken SE748 SSB MG/KG 400W PEP telefoniezenders en ontvangers, een Marconi Falcon MG SSB zender/ontvanger van 120W PEP, een 56 kanalen scheepvaart VHF, een twee kanalen luchtvaart VHF, nog een 85 W MG telegrafie (nood)zendertje en twee STB75 SITOR installaties met twee T150 Siemens printers en een Sailor ontvangertje om frequenties te ontvangen waar we geen kristallen voor hadden. We hadden ook nog een officiele reddingbootinstallatie voor 500 kHz en de 8 Mhz. Later werd er nog een fax-apparaat op de zenders aangesloten wat voornamelijk werd gebruikt om de Bild am Sonntag in het weekeinde over te sturen. Xerox 400 Datafax plus een Storno CB 691.

Sailor 56TDS ontvanger

Telefunken SE748 MG/KG set

SEM 57-1625 SF VHF van ITT

Marconi Falcon I set

De Telefunken SE662 lifeboat transmitter, "schwimmfähig", zoals Duitsers dat noemen. Antenne was een koperdraad die d.m.v. uitschuifbare pertinaxbuizen omhoog gestoken kon worden tot zo'n 6 meter en - enorm voordeel - de voeding kwam uit NiCad accu's. Niks geen geslinger meer. Het apparaat werkte op 500, 2182 en 8364 kHz en bezat een automatische alarmgever voor zowel 500 als 2182.

De 85W telegrafie (nood)zender, ST85D

We hadden ook nog een wachtontvanger/AAT voor de 2182 kHz, gefabriceerd door Debeg onder typenummer 2340. Ook hadden we nog de beschikking over Selcal. Als er gesprekken vanaf Scheveningen kwamen begon die als eerste te loeien, daarna hoorde je het via de wachtontvanger dus de aanvrager hoefde nooit lang te wachten...

We brachten als "techneuten" natuurlijk wel wat wijzigingen aan: de Falcon mocht - naar internationale voorschriften - op de 2182 kHz slechts A3H gebruiken: zijband met carrier. Dat werkte in de praktijk natuurlijk minder effektief dan pure SSB. In de 2182-stand werd door middel van een koppelstangetje de schakelaar op A3H gezet. Twee schroefjes losdraaien en die koppeling funktioneerde niet meer en op 2182 kon je ook puur SSB werken. In 1977 verkasten we onverwacht naar de deense sektor in de Noordzee en moesten met Lyngby Radio werken. Daar hadden we helemaal geen kristallen voor. Die S748 zenders waren officieel kristalgestuurd, maar in feite werkten die kristallen allemaal zeg eens van 2 tot 4 kHz. We vonden een simpel huis- tuin- en keuken transistorradiootje waar een circuitje inzat wat met de afstemknop dat bereik produceerde. Dus de uitgang van die VFO aan de ingang van de IF-sektie van de 748 gehangen met een coaxje en voila, we konden ineens elke frequentie produceren die je maar wilde. We hadden toch al een frequentiecounter van de Debeg aan boord, die hingen we in het antennecircuit van de zender en hoppa, gaan met de banaan. Alleen moest wel het transistorradiootje ongeveer een uur aan hebben gestaan voor die goed stabiel was. Maar we konden gewoon SSB en FSK SITOR draaien zo :-)

De VHF werd uiteraard vooral gebruikt voor lokale communicatie naar supplyboten e.d. maar ook voor "interne" communicatie. "Belangrijke mensen" hadden een portofoon aan boord en die gebruikten bij ons eigenlijk standaard VHF kanaal 9. Had je zo iemand nodig dan pakte je de VHF, brulde er een naam in en je had rap antwoord. Ook hadden we voor communicatie met de "basis" in Emden een paar privéfrequenties in de MG telefonieband gekregen, t.w. 1925, 3831 en 3834 kHz. Daarvan gebruikten we in principe doorgaans de 1925, waarmee we zonder kosten urenlang met de superintendent in Emden of de supplyboten konden OH-en. We gebruikten de frequentie ook om met Emden te telexen. Er stond dan ook altijd wel één S748 setje op 1925 afgestemd. In tegenstelling tot het TOR-systeem met Scheveningen, wat 24 uur per dag stond te draaien, riepen wij Emden op of zij ons, daarna het bericht uitsturen en vervolgens ging het weer op standby. Emden draaide overigens standaard 24 uur per dag bemand, wij doorgaans maar 12. De zaak stond doorgaans op "automatisch SITOR" geschakeld, wilde je praten dan schakelden beide kanten zolang over naar de "lulstand". Zo kon je 's nachts onbemand toch alle telexverkeer verwerken. Met de tweede S748, die ook voor SITOR was ingericht kon je dan eigenlijk tegelijkertijd ook nog met Scheveningen of Norddeich telexen. Die Duitsers hadden het best wel "grundlich angefaßt"...

Ach, ik zou het bijna vergeten: t.b.v. de helikopters hadden we ook nog een zg. NDB aan boord: een low frequency beacon. Meestal een ding wat 50 W power had en een continuetoon plus ID op 366 kHz uitzond. Door het gegoochel en gewoeker met ruimte konden we meestal niet echt een goed toepasbare antennelengte fiksen, waardoor het bakentje vaak maar een range had van 15 mijl. Je zette het ook alleen maar aan op verzoek van een piloot als ie je niet kon vinden. In de DEBEG container was dat een Fran-Air MH50. Voor diezelfde luchtvaart werkten we doorgaans ook SSB op 5645 kHz voor lange afstandsverbindingen met de heli's dan wel KLM Helicopters Operations op Schiphol-oost.

De DEBEG container had zegge en schrijve 392349 DM en 71 pfennig gekost en werd over drie jaar tijd d.m.v. een maandhuurbedrag van 13732 DM afgeschreven.

In 1978 vertrok de Chaparral weer naar de Perzische Golf en kwam ik op de Zapata Explorer. Ook die had een soort 20 voets container boven op het dek staan, incl. twee bedden, een WC en een douchecabine voor de twee heren R/O die daar tegelijk dienst deden. Ik weet eigenlijk alleen nog dat er een Beckers VHF setje voor de luchtvaart was, waarmee je op elke frequentie (in de luchtvaartband) kon werken. Uiteraard stonden er twee MG/KG SSB telefonieinstallaties (Skanti?), een marine VHF en een SITOR installatie.

Terug naar de hoofdpagina

Page revised 09/2017